Wij zijn specialisten op het gebied van internationale belastingheffing en accounting en onze adviespraktijk wordt gedragen door onze kennis en ervaring op het gebied van grensoverschrijdende transacties en structuren.

Iedere ondernemer die internationaal actief is, weet dat dit bijzondere eisen stelt aan de administratie en de jaarrekening, met name indien ook sprake is van vestigingen of dochtermaatschappijen in het buitenland. Binnen onze internationale praktijk hebben wij dagelijks te maken met de hieraan gerelateerde fiscale en accounting vraagstukken.

Het is onze expertise en wij houden daarom de ontwikkelingen met betrekking tot de jaarverslaggeving op dit gebied nauwlettend in de gaten. Als specialisten op ons vakgebied worden wij gezocht en gevonden door cliënten die onze kennis en expertise nodig hebben en daar graag gebruik van willen maken, op projectbasis of basis van een duurzamere relatie.

 

Administratieverplichtingen 

Vrijwel alle Nederlandse vennootschappen zijn wettelijk verplicht een administratie te voeren, per kwartaal een BTW aangifte te doen en eventueel een ICL rapportage in te dienen, na afsloop van het jaar een jaarrekening op te stellen en te publiceren en een aangifte vennootschapsbelasting in te dienen. 

Voor het voldoen aan deze verplichtingen staat de administratie centraal. Het aan de administratie ten grondslag liggende grootboekrekeningenschema moet zijn afgestemd op de voor de jaarrekening van de vennootschap en eventueel interne rapportages aan een buitenlandse aandeelhouder te hanteren grondslagen.

Daarnaast zal de administratie optimaal moeten worden ingericht om te kunnen voldoen aan (internationale) fiscale verplichtingen van de vennootschap zoals het opstellen en indienen van de BTW aangifte en ICL rapprtages (meestal per kwartaal), de aangifte vennootschapsbelasting (per jaar), en de aangifte loonheffing op basis van de Werkkostenregeling (meestal per jaar).    

Accountantscontrole

Een accountantscontrole is alleen verplicht voor Nederlandse bedrijven die een bepaalde omvang hebben, of bedrijven die aan een beurs zijn genoteerd. Een accountants controle kan wel altijd op vrijwillige basis plaatsvinden. 

De  controleverplichting van een onderneming hangt af van de omvang van de betrokken onderneming. Hiervoor moet een onderneming worden ingedeeld als: micro, klein, middelgroot of groot.

Alleen jaarverslagen van "middelgrote" en "grote" ondernemingen moeten in beginsel verplicht worden gecontroleerd door een onafhankelijke, gekwalificeerde en geregistreerde Nederlandse accountant. Deze ondernemingen kunnen onder bepaalde voorwaarden wel opteren voor een vrijstelling van de controleverplichting indien op een andere niveau in de groep al een geconsolideerde jaarrekening wordt opgesteld.  

De thans geldende criteria voor deze indeling hebben betrekking op:

  • de -geconsolideerde- waarde van de activa op de balans,
  • de netto-omzet, en
  • het aantal werknemers.

Bij de beoordeling van deze criteria moeten ook de bedragen van dochterondernemingen en groepsmaatschappijen die voor consolidatie in aanmerking komen worden meegerekend.

Voor de toedeling aan één van de hiervoor categorieën, moet in twee opeenvolgende jaren aan ten minste twee van de drie van de volgende criteria zijn voldaan (2021): 

Criterium   Micro Klein Middelgroot Groot
Activa  < € 350.000  € 350.000 - € 6 m € 6 m - € 20 m >  € 20 m
Omzet < € 700.000 € 700.000 - € 12 m  € 12 m - € 40 m  >  € 40 m
Werknemers  < 10 10 – 50 50 – 250 > 250

 

Consolidatie van groepsvennootschappen

De financiële gegevens van een dochtermaatschappij en andere vennootschappen waarover de vennootschap ‘aanmerkeliike” zeggenschap kan uitoefenen of waarover zij de centrale leiding heeft, moeten in de geconsolideerde jaarrekening van de groep worden opgenomen.

Een dochtermaatschappij is een vennootschap waarin de moeder meer dan 50% van de stemmen heeft en meer dan 50% van de bestuurders kan benoemen. Een groep is een economische eenheid waarin vennootschappen organisatorisch zijn verbonden.

De consolidatieverplichting geldt in beginsel alleen voor een vennootschap die alleen of tezamen met een andere groepsmaatschappij aan de top van een groep staat (top houdster), of voor een vennootschap die een of meer dochtermaatschappijen heeft, of andere vennootschappen waarop de vennootschap een beslissende (=> in beginsel meer dan 50%) invloed kan uitoefenen of waarin zij een centrale leiding heeft (tussenhoudster), tenzij een wettelijke vrijstelling voor consolidatie van toepassing is.

De geconsolideerde jaarrekening bevat de financiële gegevens van de vennootschap, haar dochterondernemingen, andere tot de vennootschap behorende groepsmaatschappijen en andere maatschappijen waarop zij een aanmerkelijke invloed kan uitoefenen of waarover zij de centrale leiding heeft.

De consolidatieverplichting voor een Nederlandse tussenhoudster is niet van belang indien deze tussenhoudster niet optreedt als hoofd van de (of een sub) groep omdat zij doorgaans geen wezenlijke invloed of leidinggevende rol heeft ten aanzien van haar dochtermaatschappijen. Alleen in het geval dat de tussenholding reële invloed/zeggenschap heeft in de onderliggende dochtermaatschappijen dient consolidatie een doel en is consolidatie in beginsel verplicht. Hier staat tegenover dat uit fiscale overwegingen de wezenlijke invloed of leidinggevende rol van de tussenhoudster van belang kan zijn en dat derhalve een in de jaarrekening toegepaste consolidatie van belang kan zijn voor de onderbouwing van de wezenlijke betekenis van de tussenhoudster (als voorwaarde voor het verkrijgen van bepaalde fiscale voordelen).   

Het is toegestaan om af te wijken van de richtlijnen als men daarvoor "redelijke argumenten" (d.w.z. een verdedigbaar standpunt) heeft. Normaal gesproken zullen er dan geen sancties worden opgelegd voor het niet consolideren. Het uiteindelijke risico is dat een rechter (de Ondernemerskamer) een andere opvatting heeft over de interpretatie van de wet, maar de zaak moet dan eerst door een belanghebbende aan de Nederlandse rechter worden voorgelegd.

Vrijstelling of ontheffing consolidatieverplichting   

De wet voorziet in een aantal ontheffingen van en vrijstellingen voor de consolidatieverplichting. 

De volgende vennootschappen behoeven in beginsel niet te worden geconsolideerd:

  1. groepsmaatschappijen waarvan het totale belang voor de groep als geheel van te verwaarlozen betekenis is, 
  2. groepsmaatschappijen waarvan de financiële gegevens slechts tegen onevenredige kosten of met grote vertraging kunnen worden verkregen, 
  3. groepsmaatschappijen die alleen worden aangehouden om te worden vervreemd.

Voor kleinere niet beursgenoteerde groepen is consolidatie ook niet verplicht indien (door de aandeelhouders) geen bezwaren zijn ingediend tegen het feit dat geen consolidatie wordt uitgevoerd.

Wanneer een vennootschap als "micro-" of "klein" wordt aangemerkt, mag zij gebruik maken van een consolidatievrijstelling. Deze consolidatievrijstelling is niet van toepassing op middelgrote en grote entiteiten, die in beginsel ook verplicht zijn om hun jaarrekening te laten controleren.

Dan geldt er ook nog een bijzondere vrijstelling voor controle en consolidatie (art. 408 BW) indien de voor een eventuele consolidatie relevante financiële gegevens al worden opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van een andere (grotere) groepsmaatschappij en aan een aantal andere voorwaarden wordt voldaan (geen bezwaren aandeelhouders, toepasselijk jaarverslaggevingssysteem en gelijkwaardigheidsvereiste, de taal en tijdige deponering).

Grondslagen voor de jaarrekening: Dutch GAAP of IFRS ?

De jaarrekening van een Nederlandse vennootschap (en in sommige gevallen een daarmee gelijk te stellen vennootschap opgericht onder buitenlands recht) moet worden opgesteld volgens de Nederlandse regels voor externe verslaggeving door rechtspersonen. Het is echter onder bepaalde voorwaarden ook mogelijk en in sommige gevallen zelfs verplicht, om de jaarrekening op te stellen op basis van de zogenaamde International Financial Reporting Standards, oftewel “IFRS”.

Als de jaarrekening op basis van IFRS wordt opgesteld, betekent dit automatisch dat de jaarrekening moet worden gecontroleerd. De meeste Nederlandse ondernemingen stellen hun jaarrekening volgens de Nederlandse regels voor externe verslaggeving op.

De Nederlandse wettelijke grondslagen voor de jaarrekening zijn neergelegd in Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, maar de praktische invulling daarvan voor de jaarverslaggeving kan worden ontleend aan de zogenaamde Richtlijnen van de Raad voor de Jaarverslaggeving, oftewel "RJ", zoals vastgesteld door de Stichting voor de Jaarverslaggeving, oftewel “SJ”.  

Richtlijnen van de Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ)

In Nederland werd tot en met 2004 gerapporteerd volgens de door de SJ vastgestelde Richtlijnen van de Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ). In internationale context wordt de Nederlandse wetgeving inzake externe jaarverslaggeving ook wel aangeduid als “Dutch generally accepted accounting principles”, of kortweg “Dutch GAAP”.

De RJ hebben geen wettelijke status, maar zijn bedoeld als een richtsnoer voor de interpretatie en toepassing van de Nederlandse wettelijke regels voor de externe jaarverslaggeving. Ze hebben wel gezag omdat ze zijn gebaseerd op het Nederlandse en internationale (zoals door de International Accounting Standards Board uitgebrachte standaarden) wettelijk kader voor de externe verslaggeving en op gerechtelijke uitspraken van de Ondernemingskamer en de Hoge Raad.

De RJ hebben als belangrijkste doel om de jaarrekening het door de wet verlangde inzicht in vermogen en resultaat van de onderneming te laten verschaffen. In laatste instantie is het aan de rechter om te bepalen welke normen voor de desbetreffende jaarrekeningen in het maatschappelijk verkeer als aanvaardbaar moeten worden beschouwd. Het is toegestaan om van de aanbevelingen van de RJ af te wijken indien daarvoor in een gegeven situatie goede gronden zijn: niet het toepassing van de wettelijke norm maar het daarmee beoogde resultaat (inzicht in het werkelijke vermogen en resultaat van de onderneming) is leidend. Dit betekent ook dat de rapporterende onderneming een eigen verantwoordelijkheid heeft voor de inhoud van haar jaarrekening en de hierin toegepaste waarderingsregels, grondslagen en beginselen.

International Financial Reporting Standards (IFRS)

Sinds 2001 zijn standaarden voor de jaarrekening ontwikkeld en gepubliceerd door de International Accounting Standards Board (oftewel "IASB"). Deze worden aangeduid als International Financial Reporting Standards (IFRS). De IASB is een onafhankelijk in Londen gevestigde private instelling, die als zodanig geen wettelijke bevoegdheid heeft om regelgeving vast te stellen, maar die door lokale instanties die zijn belast met het reguleren van de controle op jaarrekeningen, wel als verbindend of tenminste gezaghebbend wordt beschouwd.        

Sinds 1 januari 2005 zijn beursgenoteerde ondernemingen in de Europose Unie verplicht om IFRS toe passen bij het opstellen en publiceren van hun jaarrekening. Niet-beursgenoteerde ondernemingen zijn in de regel niet verplicht om IFRS voor de geconsolideerde jaarrekening te volgen, maar in de meeste landen in de EU mag dit wel op vrijwillige basis.

Het onderscheidende kenmerk van de IFRS is het rapporteren op basis van actuele waarden ("fair value"), en niet zoals bij Dutch GAAP doorgaans het geval is, op basis van historische aankoopwaarde. Het doel hiervan is om de financiële rapportages van beurgenoteerde bedrijven transparanter te maken en meer inzicht te laten geven in hun actuele (en werkelijke) vermogens- en solvabiliteitspositie door hen te verplichten om zelf in de (door hun controlerende accountant goedgekeurde) jaarrekening een uitspraak te laten doen over de actuele waarde van hun bezittingen en schulden. 

De vaststelling en goedkeuring van de jaarrekening

Formeel moet de raad van bestuur van de vennootschap de jaarrekening opstellen en deze moet vervolgens worden vastgesteld door de algemene vergadering van aandeelhouders (en raad van commissarissen indien aanwezig). De vergadering moet in beginsel in Nederland worden gehouden, maar onder voorbehoud van een andersluidende regeling zoals voorzien bij de wet of de statuten van de vennootschap.

De termijn voor het vaststellen van de jaarrekening door het bestuur van een BV is vijf maanden na einde boekjaar. De aandeelhouders kunnen eenmalig uitstel verlenen van vijf maanden.  

Zodra het bestuur van de vennootschap de jaarrekening heeft opgesteld, dient deze binnen twee maanden door de aandeelhouder te worden goedgekeurd. Indien echter de aandeelhouders van de vennootschap ook de bestuur uitmaken, dan geldt de jaarrekening bij het opstellen doof het bestuur ook als vastgesteld door de aandeelhouders.      

De publicatie van de jaarrekening

In beginsel moeten alle Nederlandse ondernemingen die als een rechtspersoon onder Nederlands recht zijn opgericht een verkorte jaarrekening met toelichting deponeren bij de Kamer van Koophandel voor publicatie in het handelsregister.

De eisen waar aan de inhoud van deze verkorte jaarrekening moet voldoen zijn afhankelijk van de grootte van de onderneming, volgens de criteria zoals hiervoor omschreven.

Indien de onderneming als "micro" of "klein" moet worden aangemerkt, behoeft alleen de volgende informatie te worden opgenomen in de openbaar te maken jaarrekening die bij de Kamer van Koophandel moet worden ingediend:

Document   Micro  Klein
Balans met toelichting  Verkort   Verkort 
Winst- en Verliesrekening met toelichting     Niet vereist   Niet vereist 
Toelichting en waarderingsgrondslagen  Niet vereist   Vereist 
Management rapport  Niet vereist   Niet vereist 

 

Kleine of micro ondernemingen die aan bepaalde voorwaarden voldoen, mogen hun jaarrekening ook opstellen op basis van Nederlandse fiscale grondslagen, om zodoende het proces van het opstellen van de jaarrekening en de aangifte vennootschapsbelasting te vereenvoudigen.

Onze bijzondere expertise op het gebied van international accounting 

Wij hebben ruime ervaring en expertise met het administreren van internationaal opererende ondernemingen en het opstellen van hun jaarrekeningen op basis van Dutch GAAP, Nederlandse fiscale grondslagen, of IFRS, het opstellen van interne rapportages, en het afhandelen van de daaraan gerelateerde rapportage- en deponeringsverplichtingen. 

De onderwerpen waar wij bijzondere ervaring en expertise mee hebben zijn onder andere (in alfabetische volgorde):

  • Afschrijving activa
  • Agio/disagio
  • Belastinglatenties
  • Borgstelling
  • BTW voorziening
  • Buitenlandse belasting en heffingen  
  • Claims
  • Componenten methode
  • Consolidatie groepsvennootschappen 
  • Controleverplichtingen
  • Converteerbare obligaties
  • Coronareserve
  • Fiscale voorzieningen
  • Functionele valuta
  • Fusie
  • Garantievoorziening
  • Grensoverschrijdende fusie of splitsing
  • Hedging
  • Impairment    
  • Informeel kapitaal
  • Inkoop eigen aandelen
  • Innovatie Box
  • Juridische fusie
  • Latenties
  • Mezzanine financiering
  • Onderhanden projecten
  • Onderhanden werk
  • Optierechten
  • Pensioenvoorziening
  • Preferente aandelen
  • Splitsing
  • Survey reserve
  • Tonnageregeling
  • Voorziening groot onderhoud    
  • Vreemde valuta
  • Vrijstelling consolidatieverplichting
  • Vrijstelling controleverplichting 
  • Waardering deelnemingen
  • Waardering intellectuele eigendomsrechten
  • Waardering onroerend goed

Dit is een selectie van de onderwerpen waar wij dagelijks mee te maken hebben. Neem gerust contact met ons op voor advies op uw vraagstukken op het gebied van internationale accounting.